Voor haar masterscriptie liep Sangitha Harmsen stage bij de Nederlandse netbeheerder Stedin. Na haar afstuderen kreeg ze er ook een baan, maar na een paar jaar miste ze de internationale omgeving waarin ze zich tijdens haar studie zo thuisvoelde. Ze solliciteerde daarom bij het Internationaal Energieagentschap (IEA) in Parijs en kon daar aan de slag als Energy Modeller. We spreken Sangitha over haar werk, de organisatie en het leven in de Franse hoofdstad.
Geschatte leestijd: 6 minuten
Zou je wat meer kunnen vertellen over het Internationaal Energieagentschap en het werk dat jullie doen?
“Het Internationaal Energieagentschap (IEA) is onderdeel van de OESO: de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling. Het IEA houdt zich bezig met wereldwijde analyses van energiebeleid. Daarvoor werken we veel samen met nationale overheden. Zelf werk ik als energiemodelleur binnen het team dat onder meer de World Energy Outlook maakt. Dit is een jaarlijks rapport met een inventarisatie van de energiesystemen van alle landen in de wereld. Daarbij kijken we naar hoe energiesystemen ervoor staan, maar ook welke kant we op gaan. We richten ons op energiebeleid, maar ook hoe het gaat met het oog op verschillende doelen. Zo hebben alle EU-landen in het klimaatakkoord van Parijs aangegeven in 2050 CO2-neutraal te willen zijn. In de World Energy Outlook evalueren wij onder meer hoe groot de afstand is tussen waar we nu staan op energiegebied en waar we hopen te komen.”
Beeld: © Sangitha Harmsen
Teamfoto van de IEA-collega's die meewerkten aan de World Energy Outlook 2025
Hoe ziet jouw werk als energiemodelleur er in de praktijk uit?
“Als energiemodelleur werk ik aan gedetailleerde modellen van verschillende aspecten van het energiesysteem. De modellen zijn zowel gebaseerd op open data als op data die we krijgen vanuit andere organisaties of van OESO-lidstaten. Met deze modellen kunnen we de impact van verschillende maatregelen en veranderingen beoordelen en bekijken wat het effect daarvan is op nationaal of internationaal niveau. Om een actueel voorbeeld te geven: op dit moment is er veel aandacht voor het energieverbruik van airco’s. Er zijn steeds vaker hittegolven en naar verwachting zal het alleen maar warmer worden. Daarbij komt dat mensen in ontwikkelingslanden steeds rijker worden, waardoor steeds meer mensen een airco zullen gebruiken. Hierdoor verwachten wij dat het elektriciteitsverbruik voor airco’s flink zal toenemen.”
"Ik werk aan gedetailleerde modellen waarmee we de impact van verschillende veranderingen kunnen bepalen – op nationaal en internationaal niveau"
“Zoals gezegd werkt het team waar ik in zit aan de World Energy Outlook. Voor dat rapport werken we in een vaste cyclus van een half jaar. We beginnen met het kalibreren van onze modellen, waarbij we nieuw verkregen data verwerken en de impact daarvan evalueren. Vervolgens kijken we welke ontwikkelingen interessant zijn om te belichten, waarna we starten met schrijven. Hierna volgt de peer review, waarbij experts van over de hele wereld meelezen en hun bevindingen delen. Die feedback verwerken wij weer. Alle cijfers in het rapport worden meermaals gecheckt. Overheden en organisaties baseren zich op onze cijfers, dus alles moet wel kloppen. Naast dit grote jaarrapport brengt het IEA tussentijdse rapporten uit. Die gaan bijvoorbeeld over een bepaald thema of een regio. Zo werkte ik eerder mee aan de Southeast Asia Energy Outlook en heb ik me ook gefocust op het thema ontziltingsenergieverbruik voor een verslag over elektriciteitsgebruik in het Midden-Oosten.”
Waar komt jouw interesse in de energiesector vandaan?
“Die ontstond tijdens mijn studie. Ik heb een bachelor Advanced Technology gedaan aan de Universiteit Twente en een master Elektrotechniek aan de Technische Universiteit Delft. Tijdens mijn master heb ik me verdiept in de energietransitie en vanuit daar is mijn interesse verder gegroeid. Ik heb uiteindelijk mijn masterscriptie geschreven bij netbeheerder Stedin. Na mijn afstuderen ben ik daar ook aan het werk gegaan als energietransitie analist.”
"Mijn interesse in de energietransitie ontstond tijdens mijn master Elektrotechniek"
Wat deed je besluiten om na een paar jaar bij Stedin een overstap te maken naar het IEA?
“Ik ben opgegroeid in Nederland en India en ben voor mijn studie weer teruggekomen naar Nederland. Mijn studies waren ook erg internationaal en ik heb nog een semester in Zuid-Korea gestudeerd. Ik heb altijd heel erg genoten van die internationale omgevingen.”
“Bij Stedin heb ik veel geleerd, maar na ongeveer drie jaar was ik toe aan iets nieuws. Ik wilde graag in de energiewereld blijven en wanneer je zoekt naar internationaal werk binnen dat thema kom je al snel uit bij het IEA.”
Je werkt inmiddels bijna anderhalf jaar voor het IEA. Hoe bevalt het?
“Goed! Ik vind de werkomgeving heel fijn. Het is soms pittig, maar alle collega’s die ik heb ontmoet zijn gemotiveerd en heel goed in wat ze doen. Er zijn experts op allerlei gebieden: van waterstof tot oliehandel. Ik vind het heel interessant om met al die verschillende mensen in een gebouw te zitten. Daarnaast organiseert het IEA af en toe evenementen die echt impact maken, dat vind ik mooi om te zien. Zo was er vorig jaar een event over ‘clean cooking’, gericht op Afrika. In veel Afrikaanse landen gebruiken mensen nog hout om te koken. Dat is helaas niet duurzaam en ook erg ongezond. Met onze analyses laten wij dan zien: wanneer je dit zou doen, bereik je dat. Door aandacht te besteden aan dit thema zijn er uiteindelijk nieuwe afspraken gemaakt die straks impact zullen hebben op het leven van veel mensen.”
"Bij het IEA werken experts op allerlei gebieden – het is interessant om met al die verschillende mensen in een gebouw te zitten"
Wat zou je anderen aanraden die interesse hebben in werken voor het IEA?
“Ik denk dat het helpt als je flexibel bent. Een sollicitatie bij een internationale organisatie kan lang duren. In mijn geval duurde het een jaar en dat is niet ongebruikelijk. Verder denk ik dat het mij heeft geholpen dat ik tijdens mijn studie en bij mijn eerste baan kennis heb opgedaan over energiesystemen. Al heb ik ook veel geleerd sinds ik hier ben; veel benodigde kennis vergaar je vanzelf zodra je eenmaal aan het werk bent.”
Beeld: © Sangitha Harmsen
Tot slot; hoe vind je het leven in Parijs?
“Ik vind het een hele leuke stad! Parijs is een stuk groter dan de steden in Nederland, maar je kunt prima overal komen op de fiets. De stad is heel bruisend – met name in de zomer is er van alles te doen op het gebied van festivals, muziek, cultuur en eten. Als ik door Parijs loop of fiets, kom ik nog regelmatig in een nieuw gedeelte dat ik niet kende. Het is heel leuk dat er zoveel te ontdekken valt. Mijn verhuizing hiernaartoe was bovendien vlak voor de Olympische Spelen in 2024: dat was natuurlijk ook iets dat je maar eens in je leven meemaakt! Verder zijn ook andere steden goed bereikbaar met de trein, dus ik geniet er enorm van om de stad en de rest van Frankrijk te verkennen.”

